Aldus Ramona van Marwijk, senior adviseur Maatwerk en Advies bij het Kadaster, zien alle partijen de immense opgave, en voelen de verantwoordelijkheid. Van Marwijk deed haar vaststelling tijdens regionale kennissessies die het Kadaster eind 2018 organiseerde. Het doel was de discussie begeleiden over de aanpak van het verduurzamen van de woningmarkt. Overheden, bouwers, makelaars en corporaties bij elkaar brengen om van elkaar te leren. “Iedereen heeft elkaar nodig. Er zijn veel vragen en nog weinig antwoorden. Toch verwachten politiek en burger een plan. Waar begin je?”
Landelijke zoektocht
Van Marwijk en haar collega-adviseurs Lars Brugman en Martin Tillema zagen bij beleidsmakers twee belangrijke kopzorgen: “Hoe krijg ik al die individuele eigenaar-bewoners van een woning mee om maatregelen voor verduurzaming te nemen? Bij woningcorporaties kun je als gemeente gewoon één contactpersoon bellen.” Daarnaast is er een grote behoefte aan betrouwbare informatie om plannen te onderbouwen en het effect te meten: “Er is al best veel informatie, maar die is versnipperd beschikbaar. De overheid neemt de aanloop om met VIVET (Verbetering InformatieVoorziening Energie Transitie) gemeenten en provincies te ondersteunen. Maar het duurzaamheidsvraagstuk is nog zo onbekend dat er ook nieuwe kennis nodig is.”
Ook onder makelaars is volgens Sjirk de Jong (makelaar en taxateur bij Brandsma De Jong) het kennisniveau nog niet hoog genoeg. “Het primaire doel van een makelaar is het verkopen van een woning, een aanvullende rol op het gebied van duurzaamheid is op dit moment nog te onduidelijk door gebrek aan kennis.”
Nieuwe kennis, nieuwe afwegingen
Het opdoen en maken van nieuwe kennis zorgt voor nieuwe afwegingen: “We kunnen bijvoorbeeld nu de voortgang van energiemaatregelen op straat- of huisniveau nog niet in kaart brengen: welke woningen hebben gas, welke zijn er vanaf? Dan zou je het Centraal Aansluitingenregister moeten koppelen aan de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en Basisregistratie Kadaster (BRK). Ook wil je uiteindelijk kunnen meten of een maatregel een besparend effect heeft. Kun je dan de verbruiksgegevens van slimme energiemeters gebruiken, of kom je dan aan de privacy?” Bouwbedrijf Dura Vermeer deelde een leerpunt rond duurzamer bouwen: “Leg bewoners uit hoe ze nieuwe technieken –zoals zuinige boilers- moeten gebruiken; bij het douchen steeds de snelstart-knop gebruiken, levert niets op.”
Hoe gaan we dat betalen?
De financiering van de duurzaamheidsmaatregelen is een vraagstuk op zich. Stel, je wilt als gemeente een straat tegelijk aanpakken: hoe doe je dat dan als het eigendom zo versnipperd is? Ook heeft niet elke eigenaar genoeg geld om te investeren; hoe zorg je dat iedereen mee kan doen? Sommige particulieren hebben wel de middelen, maar vinden het teveel gedoe. Sommige ouderen hebben een laag inkomen, maar wel vermogen in het huis. In regio West ziet de Rabobank dat bewonersbijeenkomsten over financiering van verduurzamingsmaatregelen enorm populair zijn geworden. En wanneer ga je nog investeren? Een woning die een ton waard is, ga je niet voor 50.000 euro versleutelen.
Woningcorporaties houden zich ook voortdurend bezig met het maken van die afwegingen om te investeren. Waaronder Elsa Benard (assetmanager deltaWonen): “Nu is er sprake van krapte op de woningmarkt, maar we kijken naar de toekomstwaarde van een woning en is de investering die we gaan doen het dan waard?” Daarbij is het volgens Benard altijd belangrijk om ook ver vooruit te kijken. “Hoe ver gaan we met onderhoud en zijn dit woningen die we over 20-30 jaar nog steeds kunnen verhuren?”
Inzicht via gegevens Kadaster
Om te weten welk plan op welke plek haalbaar is, vormen de gegevens van het Kadaster vaak een startpunt. Wat zijn de kenmerken van de woningen en hun eigenaren? Moeten we met corporaties in gesprek, of vooral met particulieren? Wonen die particulieren er ook zelf, of verhuren ze? Van Marwijk: “Als je kijkt naar de huidige energielabels, lijkt de verbeteropgave voor corporaties en grote verhuurders redelijk haalbaar; particuliere eigenaar-bewoners en kleine verhuurders hebben de naar verhouding relatief slechte energielabels. Als je kijkt naar de leeftijd van eigenaren en hun woonduur in de huidige woning, heb je aanknopingspunten voor het moment waarop ze mogelijk gaan verhuizen; dat zijn natuurlijke momenten voor verbouwingen. Er is niet één aanpak voor alle gemeenten en regio’s. Zo hebben eigenaren in de Randstad meer overwaarde om te investeren in verduurzaming dan in de rest van het land.”
Duurzame betrokkenheid
Een duurzame woningmarkt creëer je niet alleen, dat doe je samen. Volgens Elsa Benard is het inderdaad belangrijk om niet alleen woningcorporaties te betrekken, maar tegelijkertijd ook eigen huisbezitters mee te nemen in het hele duurzaamheidsdenken. “Het antwoord is er nog niet, maar het is prettig om te merken dat de gedachten er zeker al wel zijn.”
Bron: binnenlandsbestuur.nl
Welk plan werkt het best voor verduurzaming van de woningmarkt?
Gepubliceerd op:
31 Januari 2019